Informatie eikenprocessierups
De eikenprocessierups kom in heel Nederland voor. Eikenprocessierupsen hebben brandharen om zich te verdedigen. De brandharen kunnen overlast geven bij mens en dier.
De eikenprocessierups
De eikenprocessierups is de larve van een nachtvlinder. De vlinders leggen aan het einde van de zomer hun eitjes in de toppen van eikenbomen. Rond april komen de rupsen uit de eitjes. Ze zitten dan hoog in de boom. Daardoor kun je ze niet zien. Nadat de rupsen groeien en een aantal keer zijn verveld, komen ze samen en vormen nesten op de stam van de boom. De nesten variëren in grootte van een tennisbal tot (in extreme gevallen) een voetbal. In deze nesten verpoppen de rupsen zich tot nachtvlinders. De eikenprocessierups moet niet verward worden met de spinselmot. De rups van de spinselmot is onschadelijk en kan verschillende soorten bomen en struiken inpakken in spinsel.
Gezondheidsklachten
Volwassen eikenprocessierupsen hebben een grote hoeveelheid brandharen. Deze brandharen zijn microscopisch klein (het zijn dus niet de zichtbare haren die de rups ook op zijn rug heeft).
De brandharen hebben een effect dat te vergelijken is met glaswol. Op de huid geven de brandhaartjes een sterk jeukende, rode uitslag. In de ogen geven ze rood ontstoken oogwit en een branderig gevoel. Bij inademing van de haren kunnen irritaties en ontstekingen ontstaan van het slijmvlies van de neus, keel en luchtwegen. Ook in de oude vervellingshuiden van de rupsen zitten nog veel brandharen. Deze blijven nog jaren lang in takt en dus een mogelijke bron van overlast. Vermijd daarom elk contact met de rupsen en de resten ervan.
Voor meer informatie over gezondheidsklachten en het beperken daarvan, kunt u terecht op de website van GGD Haaglanden (www.ggdhaaglanden.nl).
Actuele situatie in onze gemeente
2019 was het eerste jaar dat de eikenprocessierups in de gehele gemeente overlast gaf. In onze dorpen staan ongeveer 150 eiken in de openbare ruimte. De meeste daarvan staan in Maasland. Buiten onze dorpskernen staan eikenbomen in tuinen, op boerenerven of in recreatiegebieden zoals het Woudse Bos, Abtswoudse Bos en het Maaslandse Bos.
Wat doet de gemeente
De gemeente Midden-Delfland voert twee soorten bestrijding uit: preventief en curatief.
In het voorjaar behandelt de gemeente veel eiken preventief. We bespuiten de eiken met een biologisch middel. De jonge rupsen gaan hierdoor dood. Deze methode past binnen het gemeentelijk beleid van natuurvriendelijk groenbeheer. Het middel dood niet alle eikenprocessierupsen maar zorgt dat de overlast beperkt blijft.
Op plekken waar we de rupsen later in het seizoen ontdekken, is vaak al overlast. We laten de rupsen dan curatief verwijderen. De aannemer gebruikt daarvoor een speciaal soort stofzuiger. Deze verwijdert de rupsen en de nesten.
De gemeente laat niet alle bomen behandelen. Per locatie bepalen we of bestrijding mogelijk en noodzakelijk is. Op plekken waar we niet bestrijden, plaatsen we waarschuwingsborden of -linten.
Wat kunt u doen?
Onze boominspecteurs controleren onze eiken extra goed. U kunt ze helpen signaleren. Heeft u de eikenprocessierups gezien? Waarschuw dan de gemeente. Stuur een melding via het Meldpunt Buitentruimte.
Bent u eigenaar van een eik? Dan bent u zelf verantwoordelijk voor de hinder die de rupsen in uw boom kunnen veroorzaken. Laat u goed informeren over een veilige en efficiënte wijze van bestrijding. Vermijd in elk geval contact met de rupsen, nesten en spinsels.
Hoe kunt u contact met de rups vermijden?
Zorg bij een bezoek aan een (natuur-)gebied met eikenprocessierupsen voor goede bedekking van de hals, armen en benen en ga niet op de grond zitten. Verblijf niet onnodig lang in de buurt van eikenbomen waar de rupsen in zitten.
Hoe kunt u klachten verminderen?
Ga na aanraking van de rupsen of haren niet krabben of wrijven, maar strip de huid met plakband en spoel daarna met lauw water. Spoel ook de ogen goed met lauw water. Was zo nodig ook kleren (liefst op 60 graden Celsius). Klachten verdwijnen in het algemeen binnen twee weken. Een zachte crème met menthol kan verlichting geven. Mogelijk helpt warmte ook om het eiwit in de huid af te breken. Spoel hiervoor de plek af met warm tot heet water of gebruik een föhn. Let er wel op dat u de huid niet te heet maakt in verband met het risico op brandwonden.
Neem bij ernstige klachten contact op met uw huisarts.
Meer informatie
Kijk voor meer informatie op:
