Olietanks in particuliere grond verwijderen

Wat is het?

Door de komst van aardgas zijn veel olietanks niet meer nodig. De olietanks kunnen een bron van verontreiniging vormen als ze gaan roesten en de restbrandstof er uitlekt. Indien een dergelijke tank nog ongesaneerd in uw tuin ligt en niet meer wordt gebruikt, moet u als eigenaar de tank conform het Activiteitenbesluit saneren. Bij tanks die in het verleden niet op de goede manier gesaneerd zijn, kan de gemeente een verplichting opleggen tot hersanering van de tank.

Voordat de tank gesaneerd kan worden, moet een bodemonderzoek gedaan worden naar mogelijke bodemverontreiniging die als gevolg van olielekkage is ontstaan. Indien dat het geval is, moet de bodem gesaneerd worden. De wijze van sanering is afhankelijk van de mate van vervuiling en moet gedaan worden door een Kiwa erkende tanksaneerder (Kiwa). De kosten voor de sanering zijn in de regel voor de eigenaar van de grond.

Wat moet ik doen?

Een door het KIWA erkend tanksaneringsbedrijf moet het verwijderen van een ondergrondse tank uitvoeren. Bij het verwijderen van een tank wordt deze (na reiniging) uit de grond gehaald. Vervolgens wordt de tank naar een erkend tankverwerkingsbedrijf worden vervoerd. Tegelijk met de tank moet het leidingwerk worden gereinigd en verwijderd. De tankput moet worden aangevuld met schoon zand. Als de uitgegraven grond niet is verontreinigd, mag de tankput ook met deze grond worden opgevuld.

Hoe werkt het?

1. Iedere tankeigenaar moet de aanwezigheid van een tank in de tuin melden bij de gemeente.

2. Vanaf 1 januari 1999 geldt een verwijderingsplicht. Alleen als dit echt niet mogelijk is, kan deze blijven liggen. Dan moet hij onklaar gemaakt worden door een Kiwa erkend bedrijf. Dit is geregeld in het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenbesluit). Dit Besluit is vanaf 1 januari 2008 van kracht en vervangt de "BOOT-regeling".

3. Als de bodem is vervuild als gevolg van lekkage, moet ook deze vervuiling gesaneerd worden..

4. De start van de sanering van ondergrondse tanks mag alleen gemeld worden door het uitvoerende Kiwa erkend tanksaneringsbedrijf.

5. Na afronding van de sanering moet de saneerder het afgegeven Kiwa certificaat opsturen naar de gemeente.

Extra informatie

Soms is het lastig om te bepalen of er een olietank aanwezig is.

  • Aanwijzingen in uw tuin zijn een putdeksel, een koperen dop, een ontluchtingspijp of vreemde verzakkingen. Olietanks liggen nooit meer dan 1 meter diep.
  • In de kelder of de kruipruimte wijst een ongebruikte leiding op olieaanvoer. Oude olieleidingen zijn makkelijk te herkennen: ze zijn minimaal 2 keer zo dik als gasleidingen en hebben een doorsnede van circa 6 centimeter.
  • Soms weten uw buren of de vroegere bewoners of er een tank in de tuin ligt.
  • Oliehandelaren weten meestal welke huizen vroeger oliestook hadden.

Heeft u gevonden wat u zocht?